zaterdag 28 mei 2011

Kraamvisite

Er wordt in mijn omgeving nogal wat gebaard. Dat komt natuurlijk doordat het meerendeel van mijn vriendinnen ongeveer mijn leeftijd heeft, en als je in de afronding al 40 bent, of in elk geval boven de 30, en je hebt nog niet bijgedragen aan de bevolkingsgroei-statistieken, dan begint de tijd toch een beetje te dringen. Als het de tijd niet is die druk op je legt, dan is het wel je biologische klok of je familie. Het kan natuurlijk ook zo zijn dat je gewoon graag kinderen wilt, maar er is kennelijk iets in mij misgegaan, waardoor ik met die mogelijkheid (eerlijk gezegd toch de beste reden om zwanger te worden) altijd vergeet rekening te houden. Mijn biologische klok is defect of tikt in elk geval te zachtjes, ik heb onlangs de kleinkinderwens van mijn moeder definitief op mijn broertje en zijn vriendin af weten te wentelen, en ik ben nu al zo oud dat men me bijna niet meer vraagt of er nog baby's komen, maar me eerder meewarig aankijkt, kennelijk in de veronderstelling dat het me gewoon niet gelukt is. Ik heb niets tegen kinderen, maar ik vind ze eigenlijk pas interessant als ze in de puberteit zitten, en om daar nou jaren voor tussen de poepluiers en Teletubbies te gaan zitten gaat me wat ver. Het fijne van werken in het middelbaar onderwijs is dan ook dat ik lekker de hele dag met pubers kan werken en dat ze aan het eind van de dag keurig teruggaan naar hun eigen ouders, zodat ik een heerlijk rustige avond heb -
prima geregeld dus.
Maar als andere mensen een baby hebben, vind ik het altijd wel leuk om even te gaan kijken. Baby's zijn klein, en lief, en stinken een beetje naar melk en poep, en van het geheel kan ik best kortstondig genieten. Dus toen collega K zwanger werd, heb ik gelijk een mutsje gebreid, en ik heb in de laatste maand vol spanning elke dag haar Facebook gecheckt om te kijken of de baby er al was. En toen hij (want het is een hij, hij heet Jan - precies conform de stilzwijgende naamgevingsafspraken in mijn omgeving: alle jongens hebben Hollandse namen van 1 lettergreep en alle meisjes heten Julia) zich aandiende, ging ik natuurlijk langs. Het was een babybezoek volgens het boekje: er was een houten ooievaar, beschuit met muisjes en een droge, blije baby die ik zelfs even mocht vasthouden. En omdat ik mezelf niet kan onderdrukken had ik een lichtelijk fout cadeau meegenomen: een boekje getiteld 'Sambo, het kleine zwarte jongetje'. Maar het allerleukste aan de kraamvisite vond ik de enorme blijdschap en liefde waarmee K de kleine Jan benaderde; dat gaat een heel gelukkig kind worden, denk ik. Het is maar goed dat sommige mensen wel een kinderwens hebben.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten