zondag 24 oktober 2010

Dublin



De afgelopen vier dagen (het staartje van de herfstvakantie) hebben Michel en ik in Dublin doorgebracht, en dat in onze geheel eigen stijl: een zorgvuldig afgewogen balans van cultuur, winkelen, de stad verkennen en, last but very definitely not least, onze grote hobby eten en drinken. Zo hebben we op de eerste dag, zoals we in alle voor ons nieuwe steden doen (en met het bezoek aan Dublin heb ik weer een subvinkje in het 101 dingen-lijstje kunnen zetten bij 'Drie steden bezoeken waar ik nog nooit ben geweest'), een vreselijk toeristische open bus tour met live commentaar en zang van een echte Ier genoten. Handig, vinden wij, want dan hebben we gelijk alles even gezien en kunnen we daarna, onder het genot van een lokaal biertje, verzinnen wat we aan een nadere beschouwing willen onderwerpen. De culturele onderdelen die die status bereikt hebben waren de Book of Kells (belangrijke en prachtig versierde manuscripten van de vier evangeliƫn in het Latijn), Christchurch Cathedral (recht tegenover het hotel, dus dat was niet zo moeilijk), de Chester Beatty collectie (een prachtig klein museum met wederom manuscripten, en papyri, allen met een religieuze aard) en tot slot, op de snijlijn van cultuur en ontspanning, de Guinness Storehouse (een enorm gebouw dat volledig is gewijd aan het belangrijkste product dat in Dublin gemaakt wordt).
Het winkelen was niet zo'n succes: waar ik doorgaans overal wel kan slagen heb ik me in Dublin noodgedwongen erg in moeten houden. Ik vond het allemaal net niet bijzonder genoeg, of ik kon het niet vinden. De oogst is dan ook bescheiden, want ik tel vier boeken, drie panties en een Guinness-mok om met thee in de trein te zitten. Maar de winkel-kick heb ik bij thuiskomst alsnog gekregen door online de dingen te bestellen die ik in Dublin had willen kopen maar niet kon vinden.
Van het culinaire aspect van de reis heb ik echt genoten. Op de eerste dag hebben we gegeten bij Chapter One, in de kelder van het Dublin Writers' Museum. Het restaurant heeft een Michelin-ster, en wat mij betreft volledig terecht: we kozen het tasting menu van 7 gangen, met daarbij natuurlijk een wijnarrangement. De gerechten en de wijn leken op elkaar afgestemd, zo mooi paste alles bij elkaar. Het absolute hoogtepunt van het menu was de carpaccio van tonijn, met sinaasappel, bietjes en een sesam-wasabidressing. Op de tweede dag aten we bij Trocadero, een klassiek restaurant, waar veel Dubliners duidelijk een speciale avond hadden gepland. Het eten was prima, maar iets minder spannend dan wat we de avond ervoor hadden gezien. Voor ons laatste avondmaal gingen we naar Rustic Stone, gekozen op basis van een artikel in het in-flight magazine van Aer Lingus. De chef van het restaurant heeft in zijn streven zo gezond mogelijk te koken een ingewikkeld codesysteem van gekleurde bolletjes bij elk gerecht op de kaart toegepast, zodat je kan zien wat er allemaal wel of niet in je diner zit. Gelukkig kan je, als je die gezonde bolletjes negeert, gewoon erg lekker eten: een prachtige salade van kiemen en bonen, pasta met pompoen en buikspek en op een gloeiend hete steen gebakken rundvlees. Al met al een in ieder opzichte heerlijk verblijf dus!


Geen opmerkingen:

Een reactie posten